Z.O.Z. Easter Oratorio BWV 249

Het Easter Oratorio is een compositie van J.S. Bach voor Paaszondag welke door hem een oratorium genoemd werd. Het werk zoals het nu bestaat werd waarschijnlijk in 1735 voor het eerst uitgevoerd in plaats van de gebruikelijke Paas cantate.
Het Paasoratorium onderscheidt zich van alle andere geestelijke composities geschreven door J.S. Bach om het ontbreken van een Evangelist en koralen. Het werk sluit hierdoor aan bij de dramatische Italiaanse oratorium traditie.
Het stuk is waarschijnlijk  eerst geschreven als een verjaardagscadeau voor een Hertog. J.S. Bach gebruikte wel vaker eerdere composities, hij herschreef en paste composities  aan zodat ze nogmaals gebruikt konden worden. Een verjaardagscantate werd eenmalig gebruik van gemaakt, door de muziek aan te passen kon hij het hergebruiken en bleef het stuk niet onbekend in de kast liggen. Ook uit tijdsgebrek hergebruikte hij soms composities, natuurlijk met de nodige aanpassingen.

De muziek begint als een feest, een Paasfeest. Na het koor en het eerste recitatief beginnen de aria’s. De mooist aria (7) vind ik die van Petrus.
Petrus zingt in een wiegelied de troostrijke gedachte dat de dood voor hem waarschijnlijk ook een voorbijgaande slaap zal zijn.

Easter Oratorio BWV 249. – J.S. Bach
Sir John Eliot Gardiner

Voor meer Zwijmels op Zaterdag kijk bij Irispapilio

Informatiebronnen: Eduard van Hengel en Wikipedia