De voortrekkers in Zuid-Afrika was een blanke boerenbevolking bestaande uit voornamelijk Nederlanders. Rond 1795 werden zij door de Engelsen onderdrukt die o.a. de Nederlandse taal in wilden ruilen voor het Engels en Law en Order kwamen brengen. De boeren wilden leven zoals zij al jaren gewend waren en voelden zich niet beschermt door de Engelsen.
Wilde men aangifte doen dan waren ze 3 dagen onderweg waarop ze nog weken moesten wachten voor er een rechter kwam om een conflict te beslechten. Meestal ging zo’n conflict over arbeiders die hun bazen bestolen. Daarin tegen behandelden de Nederlanders hun werknemers vaak niet al te zacht handig waardoor het één het ander uitlokte. Beperkt in hun vrijheid trokken de boren verder het land in om daar een nieuw bestaan op te bouwen. Later werd dit ‘De Grote Trek’ genoemd.
De boeren werden op meerdere plekken verjaagd tot zij in Transvaal, Natalia en Oranje Vrijstaat terecht kwamen. De Britten lieten de boeren in dit onherbergzame land met rust, geen eer aan te behalen. Helaas de Oorspronkelijke bewoners de Sotho- en Zoeloe Stammen van Transvaal namen hier geen genoegen mee en bevochten de voortrekkers met hand en tand.
De Britten annexeerden Transvaal en hoewel de Voortrekkers blij waren met de bescherming wilden ze een eigen republiek. Onder leiding van Paul Kruger bevochten ze het Britse leger en riepen hun republiek uit waar Paul Kruger president van werd.
De tweede boerenoorlog begon rond 1899. Er was rondom Johannesburg goud gevonden en daar wilden de Britten wel van mee profiteren. De boeren trokken ten strijde terwijl vrouwen, kinderen en personeel achter bleven op de boerderij. Ondertussen werden er gewassen gezaaid het vee gemolken enz. Wanneer de oogst binnen gehaald moest worden kwamen de boeren naar huis en werd de oorlog tegen de Britten even in de ijskast gezet.
Als de oogst binnen was vertrokken de boeren weer om verder te gaan met de oorlog. Moed ingesproken door hun vrouwen. De vrouwen namen de zorg voor het vee, de kinderen en e.v. personeel van de boeren weer over zodat Republiek beschermd werd tegen de Engelsen.
De Britten kregen geen grip op de boeren waarop een generaal besloot om over te gaan tot terreur actie’s. Boerderijen werden plat gebrand, vee in beslag genomen, ouderen, vrouwen en kinderen in kampen gezet. Dit waren de eerste concentratiekampen.
Niet alleen de blanke bevolking werd in concentratiekampen gezet maar ook de zwarte bevolking. Zij waren er nog slechter aan toe dan de blanken in hun concentratiekampen. President Kruger reisde met het Nederlandse Pantserschip Hr. Ms. Gelderland af naar Europa om steun te krijgen voor zijn boerenbevolking. De boerenrepublieken verloren tenslotte hun onafhankelijkheid en Paul Kruger is nooit meer terug gekeerd. Hij stierf in Zwitserland in ballingschap.
Afrikaners van nu behoren tot de subgroep ‘Boeren’ welke afstammelingen zijn van deze Voortrekkers. De voortrekkers worden herdacht met het Voortrekkersmonument in Pretoria, dat voltooid werd in 1949. Er werd jaarlijks een religieuze dag gevierd, ingesteld door een predikant van de toenmalige Voortrekkers ‘Geloftedag’ maar deze dag is in 1994 vervangen door verzoeningsdag.
De ‘Voortrekkers’ zijn door latere generaties bejubeld als nationalisten en beschimpt als achterlijke slavenhouders. Maar boven alles waren zij pioniers, die probeerden op de Afrikaanse savanne een bestaan op te bouwen. (Historisch nieuwsblad)
Informatiebron: J. de Vente, Historisch nieuwsblad, Wikipedia
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.